De roep om terug te gaan naar kleinschaligheid wordt steeds sterker. De gevolgen van het globalisme worden duidelijk. We zijn meegesleept in een ontwikkeling, die ons weinig meer heeft gebracht dan de illusie van welvaart. De prijs die we ervoor hebben betaald is ontmenselijking en een dictatoriale macht van multinationale bedrijven, banken en beleggingsfondsen. Hadden we maar geluisterd naar de man die ons ‘de schoonheid van het kleine’ voorhield. Dan hadden we onze ziel wellicht niet aan de Mammon (geldduivel) verkocht.
Een fragment uit mijn eerste boek ‘Een Menselijke Economie’, gepubliceerd in 2009:
Ruim 35 jaar geleden, in 1973, publiceerde de Britse econoom Dr.E.F. Schumacher het boek ‘Small is Beautiful’ met de intrigerende ondertitel ‘a study of economics as if people mattered’.

Dit boek was zekere tijd populair in de nadagen van het hippiedom, zoals de kabouters en de ‘kleine aarde’.
In ‘Small is beautiful’ werden de economische kosten van schaalvergroting geanalyseerd. Schumacher voerde een pleidooi voor kleinschalige productie, waarin mensen weer zichtbaar worden in plaats van anonieme marktkrachten van vraag en aanbod.
De wijze lessen van de econoom Schumacher gingen echter snel verloren in de maalstroom van extreme schaalvergroting tot op het niveau van de wereldeconomie (‘globalisering’).
…
We zouden onszelf drie vragen kunnen voorleggen als we de koop van een artikel of een dienst overwegen.
De eerste vraag is:
“Heb ik wat ik overweeg te kopen écht nodig, of is het de tv-reclame, het artikel in een magazine, de advertentie in de krant of een andere externe prikkel, die mij in beweging heeft gebracht?”
De tweede vraag:
“Let ik er bij de koopbeslissing op wie de producent is en informeer ik mijzelf over hoe die producent omgaat met zijn werknemers en hoe de producent aan zijn grondstoffen komt?”
De derde vraag:
“Let ik op de kwaliteit van het product; hoe is de samenstelling qua materialen, voedingsbestanddelen, etc.? Worden milieubelastende stoffen verwerkt, zitten in het product bestanddelen die slecht zijn voor de gezondheid, worden de werknemers in de productie blootgesteld aan gezondheidsrisico’s, maakt de onderneming gebruik van kinderarbeid?”
Grote bedrijven moeten hun klanten tegenwoordig in het kader van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen informeren over bovengenoemde risico’s. Positief benaderd kan worden vastgesteld dat aan dit onderwerp op de website en in het jaarverslag aandacht wordt besteed.
Er is echter vanzelfsprekend geen grote onderneming die uit eigener beweging aan de schandpaal gaat hangen.
Daarom kom ik weer terug op de heer Schumacher, die ons voorhoudt: ‘Small is beautiful’.
Een klein bedrijf maakt geen megawinsten. Binnen een klein bedrijf is er veel minder afstand tussen personeel en management dan bij een grote onderneming. Kleine bedrijven zijn regionaal actief en staan daardoor veel dichter bij hun klanten. Het gevolg hiervan is, dat zij beter in staat zijn om in te spelen op de werkelijke behoefte van de consument. Bovendien maken kleine bedrijven geen gebruik van grootschalige marketing en reclame.
Binnen kleine bedrijven is er veel meer directe betrokkenheid bij het product en de dienst, en belangstelling voor de klant.
Ja, het is waar dat de producten van kleine bedrijven vaak duurder zijn dan dezelfde producten van grote ondernemingen. Maar dat heeft alles te maken met de kostenvoordelen die multinationale ondernemingen hebben boven kleine bedrijven.
Schumacher zegt in dit verband: “Het is daarom duidelijk dat de Boeddhistische economie totaal anders is dan de moderne materialistische economie. De Boeddhist ziet de essentie van beschaving niet als het scheppen van voortdurend nieuwe behoeftes, maar als de purificatie van het karakter van de mens.

Tegelijkertijd heeft werken onder menswaardige omstandigheden en in vrijheid verricht een positieve invloed op het karakter. Wat het product of de dienst die op deze manier wordt voortgebracht weer ten goede komt
Ik denk dat het hierbij zeker niet de bedoeling is geweest van Schumacher om het zoveelste ‘isme’ bij ons te introduceren. Het gaat erom dat wij ons bewust worden van de mogelijkheid, dat economisch handelen dat op menselijkheid en menselijke waardigheid is gebaseerd, ons allen zowel in materiële als in geestelijke zin rijk zal maken.
Over de globale economie zegt Schumacher verder:
“Wat het meest opvalt in de hedendaagse wereldwijde productie is dat er zoveel nodig is (aan grondstoffen, arbeid, transport, etc.) om relatief zo weinig voort te brengen.
De moderne productie is zo inefficiënt dat het de gewone verbeeldingskracht zo ver te boven gaat dat het daardoor zelfs niet wordt opgemerkt.
Er is sprake van steeds grotere productie’units’, gecombineerd met een steeds grotere concentratie van economische macht, die op zijn beurt weer steeds meer geweld aan het milieu tot gevolg heeft.” De gevolgen hiervan worden bij de consument neergelegd. Bijvoorbeeld, alles verpakken in plastic uit kosten overwegingen en de consument beschuldigen van het overmatig gebruik van plastic. Het globalisme is verantwoordelijk voor verspilling, inefficiency en milieuvervuiling op wereldschaal. De vervuiler betaalt gaat tot op heden niet op.
Daarom kijk ik met aandacht naar de ‘schoonheid van het kleine’. En dan lees ik in de Volkskrant van 18 februari 2009 een artikel dat de juistheid bevestigt van wat Schumacher 35 jaar geleden in zijn boek schreef.
Ik citeer uit dit artikel een gedeelte:
Liever geen groei
“Per jaar maken de dertig werknemers van Azor ongeveer elfduizend fietsen. De omzet is vijf of zes miljoen euro, dat moet ik even opzoeken”, zegt directeur Jan Rijkeboer. “Ik hoop dat het wat rustiger wordt. 2008 was een absoluut topjaar, de fietsen waren niet aan te slepen. Maar zelfs januari, traditiegetrouw een slappe maand, was beter dan vorig jaar.”
………
Groeien wil Rijkeboer niet met zijn bedrijf. “Het is precies goed zo. Alles is goed te overzien, iedereen heeft plezier in z’n werk. Ik ken alle werknemers persoonlijk en we hebben nauwelijks vergaderingen. Niks bureaucratie.”
(c) Ad Broere