een vernieuwende visie op mens, geld en waarde

Hoe mismanagement zich gaat wreken


“I am a conspiracy theorist. I believe men and women of wealth and power conspire. If you don’t think so, then you are what is called an idiot. If you believe stuff but fear the label, you are what is called a coward.” Professor David Collum, Cornell University:

Dit artikel gaat over de factoren die ertoe bij hebben gedragen – en nog steeds doen – dat we afstevenen op een ramp met de aanvullende pensioenen. Het voorspel hiertoe is de aankondiging van het ABP dat de pensioenen niet met 3,5% worden verhoogd per 1 januari 2025, maar met ongeveer de helft daarvan. Ik nodig iedereen die dit leest uit om alles hieronder goed in zich op te nemen, want het betreft een groot manco in onze hele samenleving. Niet alleen bij de pensioenen voor ouderen.

Het woord transitie duikt ook in verband met pensioenen veelal op. Transitie naar een andere aanpak van de pensioenen, gebaseerd op een pensioenwet, die in 2023 door het parlement werd gejast. De motivatie hierachter is niet het belang van de deelnemers aan de pensioenfondsen. Als dat zo zou zijn dan was er door de besturen excuus aangeboden voor de enorme indexatie achterstand, die in de afgelopen vijftien jaar is ontstaan. Dat is niet gebeurd. Er is wel het voornemen geuit om de pensioenen voortaan jaarlijks te verhogen in gelijke pas met de verhoging van de prijzen van het levensonderhoud, maar niet met terugwerkende kracht. Dit voornemen maken veel fondsen helemaal niet waar in 2025 en enkele gedeeltelijk.

Weer worden we zoet gehouden met: ‘rustig maar, het komt’. Daarmee wordt bedoeld dat als alle deelnemers een eigen pensioenkapitaal hebben, dat er dan een bonus is en ‘we’ het beter krijgen. In de tussentijd wordt de indexatieachterstand nog groter dan deze al was. Die bonus is een sigaar uit eigen doos. De deelnemers krijgen een beetje terug van wat hen eerst is onthouden en vervolgens worden ze in het diepe gegooid: ‘ga nu zelf maar zwemmen’. De term ‘invaren’ wordt gebruikt. Het is geen invaren, het is het verdelen van de waarde van alles waarin de pensioenfondsen hebben belegd.

Na die verdeling is iedereen verantwoordelijk voor zijn eigen pensioenkapitaal. In een tijd dat experts het erover eens zijn dat er een grote storm op komst is in de financiële wereld. Als gaat blijken dat de waarde die men dacht dat de beleggingen hadden, zwaar is overschat, dan komt de ontgoocheling. Dan wordt er gesproken over ‘de verdamping van de pensioenen’. De feitelijk verantwoordelijken hiervoor, de fondsbesturen en De Nederlandsche Bank, hebben hun handen van de pensioenen afgehaald. Iedereen is immers zelf verantwoordelijk.

Als er enig bewustzijn is over de noodzaak om het samen te regelen, dan zouden we de koppen bij elkaar steken en evenals bij de broodfondsen onze pensioenbelangen onderling regelen. Met het vermogen dat er straks resteert van het vermogen dat nu nog bij de fondsen is gestald. Daarvoor is bewustzijn, doorzettingsvermogen en bereidheid om samen te werken nodig. Eigenschappen, die schaars zijn geworden. Het kan echter verkeren…

De aanleiding tot mijn hernieuwde bemoeiing met pensioenen is de aankondiging van ABP dat er een verhoging van 1,84% komt per 1 januari 2025. Ik zette een post op Linkedin en daaronder kwamen reacties, waar ik een aantal heb uitgelicht.

Post op Linkedin

Ad Broere: Het bestuur van ABP heeft het voornemen om de pensioenen te verhogen met een percentage, gelijk aan de stijging van het prijsindexcijfer zoals gepubliceerd door het CBS. Eind oktober 2024 bedroeg deze stijging op jaarbasis 3,5%. De verhoging van de pensioenen bij het ABP zou 3,5% moeten zijn. Voorwaarde om deze verhoging door te laten gaan, is dat de beleidsdekkingsgraad hoger is dan 105. In 2023 heeft het bestuur van ABP dit voornemen waargemaakt door de pensioenen met 3,03% te verhogen. Per 1 januari worden de pensioenen verhoogd met 1,84%. Dit is 1,66% minder dan 3,5%. Dit terwijl de beleidsdekkingsgraad 113,2%, ruim hoger dan het minimum van 105%.
Conclusie: Het ABP voert een inconsequent en zwalkend beleid, dat dezelfde richting uit gaat dan in de jaren tussen 2007 en 2022. Vijftien jaar zonder compensatie voor de inflatie, waardoor de pensioenen ten opzichte van de prijsontwikkeling over die jaren daalden met zo’n 30 procent.

Per 1 januari worden weer allerlei tarieven verhoogd. Hoe denkt het ABP, dat veel gepensioneerden, vooral die met een laag tot matig aanvullend pensioen het gaan redden?
Tegelijkertijd wordt in het jaarverslag een ontroerend beeld geschetst van de mooie nieuwe wereld die we samen bouwen met het pensioengeld dat bij ABP is gestationeerd. Vanzelfsprekend zijn er gepensioneerden die 1,66% minder verhoging niet uitmaakt. Voor de meerderheid, werkzaam in bijvoorbeeld het onderwijs, bij de politie, de lagere overheid, maakt het wel – veel – uit.

selective focus photo of stacked coins
Photo by Pixabay on Pexels.com

Hierop ontspon zich een discussie, waarvan ik de belangrijkste aspecten uitlicht:

Harrij Mensinga: Om te gaan invaren kan een fonds niet zomaar tot 100% dekkingsgraad gaan. Dan wordt er gekort op uw aanstaande pensioenuitkering. Het is een knudde fonds (ABP) met een knudde beleggingsbeleid voor de deelnemers, maar ze hebben nu wel degelijk gelijk om niet verder te indexeren. De ruimte is er gewoon niet!
Verder heeft de schrijver (Ad Broere) gelijk dat het bestuur een persoonlijke visie en voorkeur nastreeft qua beleggingsbeleid, wat dan ook heeft geresulteerd in een 30% indexatie achterstand.
Daar zal de bestuurder zelf geen last van hebben, maar maakt goede sier met de pecunia van haar deelnemers.

Zo gaat het bij alle fondsen die gaan invaren. Kortweg: 112% dekkingsgraad voor invaren- 5% solidariteitsreserve en – 2% compensatie en – kosten 1% =max 4% te verdelen op moment van invaren. Als er tussentijds nog goed geïndexeerd wordt kan dit dus lastig worden.

Ad Broere: “Het gaat om de ACTIVA van de pensioenfondsen, dus ook die van het ABP. De belegde waarde die onder de activa is te vinden, is het bedrag dat verdeeld wordt onder de pensioengerechtigden en hieruit worden de persoonlijke pensioenvermogens gevormd. Dat de belegde waarde volgens een verdeelsleutel wordt toegekend aan de individuele pensioengerechtigden, is kennelijk niet voldoende, want een deel van die belegde waarde wordt afgehaald van het te verdelen bedrag. Wat er vanaf wordt gehaald wordt solidariteitsreserve genoemd. Het is geen reserve, het is een vorm van diefstal. Een bedrag dat beschikbaar is om dat toe te kennen op een manier die misschien al wel bedacht is, maar waarover – zoals gewoonlijk – geen openheid van zaken wordt gegeven.

De rechterkant van de balans gaat er anders uit zien. Immers, de pensioenfondsen hebben geen verantwoordelijkheid meer voor het nakomen van de uitkering van alle pensioenen die zijn toegezegd.

De pensioenfondsen worden dan service organisaties, die hun diensten op het gebied van beleggen, administreren, innen van premies, uitkeringen verlenen aan deelnemers met een eigen kapitaal. Het is logisch dat aan de deelnemers de keuze wordt gelaten om wel of niet van deze diensten gebruik te maken. Dit kan de opmaat zijn naar een massale uittocht uit de fondsen van deelnemers die de voorkeur geven aan verzekeringsmaatschappijen, omdat het zeer matige bestuur en beleggingsbeleid van de fondsen vers in het geheugen ligt. Dat de velen dit mogelijk gaan doen van de regen in de drup komen zal pas later duidelijk worden, als de verzekeringsmaatschappijen niet kunnen waarmaken wat ze beloven.

‘Invaren’ is niet de juiste term. Het is ‘de grote verdeling van de poet’. Over de verdeling hiervan maak ik mijzelf geen enkele illusie. Het zal voor een belangrijk deel niet toekomen aan degenen die hun werkzame leven lang pensioenpremie hebben betaald.”

Jos Holzer: “Mensen nu niet geven om dat wel te kunnen bij invaren, is verwerpelijk, Wat men dan krijgt bij invaren is niet meer dan de achterstallige indexatie van de jaren ervoor. Mensen nu minder geven om later mooi weer te kunnen spelen. Met het risico die verhoging straks ook niet te krijgen.”

Een duidelijke waarschuwing

Wim Grommen waarschuwt: “Alle seinen staan op rood en alarmbellen rinkelen luid. Centrale banken hebben het vaststellen van realistische waarden voor de 3 scenariobedragen in de transitieplannen onmogelijk gemaakt.
Als kapitein van een groot passagiersschip, ga je niet de passagiers afzonderlijk in een kleine bootje de zee op sturen, als je weet dat er storm op komst is.
In een blog op de site van het Koninklijk Actuarieel Genootschap word ik als burger niet bepaald gerustgesteld dat het helemaal goed komt met de WTP:
“De wetgeving is gebaseerd op in praktijk onbewezen theoretische modellen. We weten niet of de gekozen bandbreedtes ook passen binnen toekomstige scenariosets, dus kiezen we de bandbreedtes maar wat extra ruim. We fabriceren op commando onuitlegbare generatieplaatjes van verwachtingswaarde en netto-profijt die tegenstrijdige beelden laten zien. We weten allemaal dat dit komt door onrealistische aannames en rammelende scenariosets met een rentedip.
En toch doen we het.”

Ad Broere: “De volgende stap zal zijn dat alle in de opkomende storm losgelaten scheepjes in nood gaan invaren bij levensverzekeraars, omdat de pensioenfondsen niet de kwaliteit bieden die ze hopen te krijgen. Van de regen in de drup… Einde verhaal voor de pensioenfondsen, het opgebouwde belegde vermogen opgegaan in de buik van de verzekeraars. Misschien was dat van meet af wel de bedoeling.

Ik herinner hierbij aan de serie Zwarte Zwanen van Cees Grimbergen (Omroep Max): https://www.maxvandaag.nl/sessies/themas/geld-werk-recht/in-zwarte-zwanen-8-pensioen-veel-sparen-weinig-krijgen/

two black ducks on grass lawn
Photo by Anthony 🙂 on Pexels.com

De ernstige waarschuwing van Wim Grommen wordt hopelijk niet in de lucht geslagen. De belegde waarde op de balansen van de pensioenfondsen is – veel – te hoog gewaardeerd. Als de voorspelde storm losbreekt dan vindt er een herwaardering plaats, die het vermogen van de fondsen aanzienlijk lager zal maken. Er is dan veel minder te verdelen en het gevolg is lagere pensioenen en een hoop frustratie. Vooral ook omdat de zogenoemde solidariteitsreservering het voor de deelnemers beschikbare pensioenkapitalen nog lager maakt.

Wilma Berkhout: Zaterdag 30 november 2024.
Ad Broere (auteur en econoom) gaat in zijn post in op Wim Grommen over de Wet toekomst pensioenen.

Twee beelden over de Wet toekomst pensioenen wil ik hier nadrukkelijk neerzetten. Zij geven de leek een idee wat het voor het pensioen hem/haar gaat betekenen. Met de communicatie uit de pensioensector en DNB wordt misschien wel bewust mist gestrooid en afkeer opgeroepen, omdat het voor de normale pensioendeelnemer of gepensioneerde niet te volgen is.


En verder lees deze post van Ad maar eens goed! Ook hij spreekt ware woorden.

Velen vragen mij wie heeft er nou voordeel bij? Het is een ernstig vermoeden waarvoor veel “circumstantial evidence” is. Zie hiervoor de website van”pensioenbelangen.nl onder de tab “pensioendossier.”

Beeld 1 van Wim Grommen:

“Als kapitein van een groot passagiersschip, ga je niet de passagiers afzonderlijk in een kleine bootje de zee op sturen, als je weet dat er storm op komst is.”

Maar dat is precies wat er gebeurt!



Beeld 2 van Marianne Zwagerman

“Je sluit een hypotheek met een vaste af rente van 2,8 % voor een bepaalde tijd, en dan komt de overheid en zegt via wet, waartegen je geen bezwaar kunt aantekenen, het wordt een variabele rente met terugwerkende kracht tot aan het begin.”

Dat gebeurt er met uw pensioen. Dus als u 10 jaar met pensioen bent met terugwerkende kracht tot uw eerste pensioenafdracht 54 jaar geleden.

Het vermoeden dat Ad Broere heeft:

Quote: “De volgende stap zal zijn dat alle in de opkomende storm losgelaten scheepjes in nood gaan invaren bij levensverzekeraars, omdat de pensioenfondsen niet de kwaliteit bieden die ze hopen te krijgen. Van de regen in de drup… Einde verhaal voor de pensioenfondsen, het opgebouwde belegde vermogen opgegaan in de buik van de verzekeraars. Misschien was dat van meet af wel de bedoeling.
Ik herinner hierbij aan de serie Zwarte Zwanen van Cees Grimbergen (Omroep Max).”Unquote.

(c) Ad Broere