Het is goed dat gezinnen met een laag inkomen worden beschermd, waardoor er voor de minst bedeelden een vangnet is, zonder dat dit overigens het probleem van de lage inkomens werkelijk oplost. Door de teruglopende koopkracht in de afgelopen tientallen jaren is echter het aantal huishoudens dat in een kwetsbare positie is komen te verkeren sterk gegroeid.
Het modale gezinsinkomen ligt in 2019 in Nederland op € 52.300 (bron CBS). Modaal betekent ‘middenin’. De helft van de inkomens is dus lager of gelijk aan € 52.300 en de helft is hoger dan dit inkomen. Als een gezin in 2019 een inkomen heeft van € 52.300 dan komt het niet in aanmerking voor toeslagen. Voor huurtoeslag ligt de grens van het gezinsinkomen op € 30.825 en voor zorgtoeslag ligt de grens op € 37.885.
Wat gaat een gezin in 2019 met een modaal inkomen in 2019 betalen?
Hieronder staat het weergegeven in een tabel:
Na aftrek van belasting en premies houdt het modale gezin € 35.005 over om daaruit de vaste lasten en de andere bestedingen te betalen. Aan vaste lasten wordt € 14.600 besteed, gebaseerd op de offertes van energie-, zorg- en woonaanbieders. Na de vaste lasten blijft er € 20.405 over voor alle overige bestedingen.
Om een indruk te geven van wat die bestedingen zijn en hoeveel er gemiddeld aan uit wordt gegeven, zijn de statistische gegevens van het CBS gebruikt. Deze zijn echter uit 2015. Dus daar komt de prijsinflatie tussen 2015 en 2019 bij en ook de verhoging van de lage btw van 6 naar 9 procent.
Het tekort dat wordt berekend voor het modale gezinsinkomen op basis van de som van de bestedingen in 2015 van € 2.940, zal in 2019 hoger komen te liggen.
De staat neemt meer dan de helft van het modale gezinsinkomen in beslag door directe en indirecte belasting (btw, accijnzen, energiebelasting enz.).
De reden waarom een modaal gezinsinkomen onvoldoende is om het gemiddelde bestedingspatroon te kunnen volgen is omdat de bovenmodale inkomens relatief meer besteden dan de benedenmodale inkomens. Dit is logisch want de modale en benedenmodale inkomens worden gedwongen om hun bestedingen aan te passen om niet in de financiële problemen te komen.
Uit het bovenstaande kan worden geconcludeerd dat minstens de helft van de Nederlandse gezinnen een te laag inkomen heeft om het gemiddelde bestedingspatroon te kunnen volgen. Of dit bestedingspatroon ruim bemeten is of krap mag u zelf beoordelen.
Feit blijft dat minstens de helft van de Nederlandse gezinnen er in 2019 niet op vooruit gaat en als de uitgaven een beetje uit de pas lopen door onverwachte gebeurtenissen, dan komen er al snel problemen, want buffers om die tegenvallers op te vangen zijn er niet.
© Ad Broere, econoom