en waarom is dat bedreigend voor ons allen?
Geld ontstaat door schuld. Over dit feit is er gelukkig geen discussie meer. Ook niet over wie dit geld creëert: de banken en dan in het bijzonder door digitale geldschepping, in de computer. Sinds de ontwikkeling van de computertechnologie heeft de hoeveelheid – digitaal – geld in de wereld een hoge vlucht genomen. En omdat geld door schuld ontstaat, is ook de wereldschuld van een astronomische omvang geworden.
De schatting is, dat de schuld van overheden, bedrijven en huishoudens wereldwijd 300 biljoen dollar bedraagt. Een biljoen is een 1 met 12 nullen. Een biljoen seconden staat gelijk aan 32.000 jaar en een biljoen 5 eurocenten op elkaar gestapeld bereiken een hoogte van 1,4 miljoen kilometer, of een afstand van de aarde naar de maan en weer terug en dan nog een keer naar de maan. Een wereldschuld van 300 biljoen dollar is dan ook een bedrag, dat niet alleen ons voorstellingsvermogen te boven gaat, maar ook niet aflosbaar is, omdat de aarde, de natuur en de mens vele generaties lang volkomen zou worden uitgeput om deze schuld af te lossen. Wat het extra moeilijk maakt is dat de schuldeisers geld voor het uitgeleende geld willen hebben. Bijvoorbeeld 4 procent over de schuld van 300 biljoen dollar betekent 12 biljoen dollar en dat is al zo’n 16 procent van de waarde in geld van alles wat er op de wereld wordt geproduceerd. Schuld van de overheid, van bedrijven, van huishoudens drukken zwaar op de economie en maken dat er veel meer moet worden geproduceerd dan wanneer de wereld schuldenvrij zou zijn. Dit is slecht voor alles op aarde: slecht voor de mens, voor de dieren, planten, bomen, oceanen, vissen, de lucht, de grond, de grondstoffen et cetera.
Een vraag: ‘Als de wereldschuld 300 biljoen dollar bedraagt, wie is/zijn dan de schuldeiser(s)?’ Dat is nogal merkwaardig, vind je ook niet? Volgens Credit Suisse had in 2021 1,1% van de wereldbevolking een vermogen van bijna 200 biljoen dollar. Dit bedrag is daarna verder gestegen. Die 200 biljoen dollar dat is de netto waarde van de bezittingen min de schulden. Het is ook nog een schatting, want veel vermogen is verborgen voor de ogen van de buitenwereld. Hoe meer iemand bezit, hoe beter dat verbergen lukt. De schuld, die de wereld heeft, is dus minstens voor het grootste deel in handen van een klein aantal schuldeisers. Wie zijn dat, die schuldeisers? Vooral zij die geld met geld verdienen tot een kunst hebben verheven. In de afgelopen driehonderd jaar, sinds de opkomst van de banken en sinds het uitlenen van omvangrijke bedragen, hebben de bankiers die bedreven waren in het vinden van de door hun positie geschikte leners, enorme kapitalen opgebouwd. Vooral aan koningen, keizers en andere machtigen, die voor de bedragen die ze leenden het volk in onderpand gaven. Het volk moest door belastingheffing het gelag betalen. Meestal werd alleen de rente opgebracht en bleef de schuld in stand, of groeide verder. De bankiers hadden zo hun melkkoeien en er zat continuïteit in hun inkomen. Bovendien gaf het hun macht om schuldeiser te zijn.
Zo heeft zich als spin in het web van het Britse imperium DE CITY zich ontwikkeld als het financiële machtscentrum in de wereld. Door hun (geld) bezit machtigen, die geen enkele binding hadden met welk land dan ook en in Londen hun financiële Vaticaanstad konden claimen. Naarmate geld steeds dominanter werd in de wereld, groeide de macht van de City. Toen in 1913 de Federal Reserve – de zogenoemde centrale bank van de Verenigde Staten – werd opgericht en Wall Street tot ontwikkeling kwam als financieel centrum in de wereld, leek het alsof de macht van de City tanende was. Het tegendeel was echter waar. De City heeft van het begin af het stuur in handen gehad bij de Fed en in Wallstreet. Waarom de Verenigde Staten? Omdat in het begin van de 20ste eeuw de kaarten werden gezet op een materialistisch pioniersvolk, dat het waard was om in te investeren. Zoals voorzien, zo is het ook gegaan. De V.S. heeft zich in de 20ste eeuw ontwikkeld tot de economische grootmacht in de wereld. Europa werd economisch vazal van de V.S. en de rest van de wereld was economische kolonie. De Federal Reserve bepaalde de geldhoeveelheid en de economische conjunctuur, door eerst ruimte te geven voor meer geld en daardoor voor economische groei en vervolgens minder geld, dus economische recessie. Bij elke beweging van de wereldeconomie was de City geïnformeerd en hebben de door geld machtigen kunnen voorsorteren op wat er komen ging. Terwijl de wereld leed onder crisissen, depressies en oorlogen, profiteerden zij van elke situatie. Antony C. Sutton deed hierover een boek open in ‘Wall Street and the rise of Hitler’. Geen patriottisme, geen loyaliteit, uitsluitend de wet van het geld was en is voor hen van kracht.
Toen in de zestiger jaren van de vorige eeuw de computertechnologie zich begon te ontwikkelen, kreeg ‘de City’ een nog betere gelegenheid om de greep van het geld op de mensheid te vergroten. Zolang de bankbiljetten, munten en cheques in omloop waren, was de mens nog tot op zekere hoogte in staat om hun economische aangelegenheden onderling te regelen. De schulden en de geldhoeveelheid bleven nog binnen de perken. Er was relatief weinig schuld en daardoor ook weinig geld. Door de opkomst van het boekhoudkundige computergeld en tegelijkertijd de globalisering van de economie veranderde dit. In de afgelopen zestig jaar is de hoeveelheid geld en daarmee samenhangend de hoeveelheid schuld gigantisch toegenomen. Die schuld heeft overheden, bedrijven en gezinnen veel afhankelijker gemaakt van hen die het geld bezitten.
Digitale, boekhoudkundige geldschepping noem ik geld uit het niets. Ik bedoel daarmee, dat doordat een klant van de bank een leningscontract tekent, er links en rechts op de boekhoudkundige balans van de bank een bedrag komt te staan dat er daarvoor niet was. Links staat de vordering die de bank als schuldeiser op de klant heeft en rechts staat hetzelfde bedrag als claim die de klant op de bank heeft gekregen. Geld uit het niets is tegen het verkeerde been, daarom wordt het ‘wederzijdse schuldaanvaarding’ genoemd. De klant aanvaardt schuld naar de bank en de bank aanvaardt schuld naar de klant, want de bank levert het geld. Als een goochelaar uit de hoge hoed… Bovendien, wordt er gezegd, neemt de bank het risico van niet terugbetalen door de klant op zich. Dat laatste is nogal opgeblazen. Banken nemen altijd onderpand voor de lening die ze verstrekken. Zoals een hypotheek op de woning van de klant, die deze met een lening van de bank heeft aangekocht. De bank heeft in geval van problemen vrijwel altijd voorrang om uit de verkoop van het onderpand de lening afgelost te krijgen. Bovendien krijgt de bank bij hypotheken vaak een garantie dat als de lening niet geheel wordt afgelost, het restant bedrag uit het garantiefonds komt. En als het helemaal mis gaat dan is er nog altijd het belastinggeld om de bank uit de brand te halen. Daaraan is sinds ‘Cyprus’ toegevoegd dat het spaargeld en deposito’s van klanten verbeurd kunnen worden verklaard om de bank te ‘redden’.
Digitale geldschepping heeft in de afgelopen decennia geleid tot een enorme toename van de geldhoeveelheid en daarmee samenhangend, tot het oplopen van de schuld, die wereldwijd is opgelopen tot 300 biljoen dollar. Deze oceaan van geld en schuld heeft tot een gigantische – grotendeels onzichtbaar gemaakte – inflatie geleid. De prijzen zijn overal opgedreven door die enorme geldhoeveelheid, vooral zichtbaar bij woningen en ander vastgoed, in een al decennia durende stiekeme inflatie. Het verband tussen geld en waarde is compleet zoekgeraakt. Hierbij komt het probleem dat dat geld, ontstaan door schuld, uiteindelijk vooral het bezit van de rijken groter maakt en de velen die weinig of niets hebben verder in een leven van gebrek en armoede drijft. Deze verdeeldheid werkt vanzelfsprekend remmend op de economie. Uiteindelijk kan een huurder de steeds stijgende huur niet meer opbrengen en veel kopers van woningen moeten afhaken, omdat de prijzen buiten hun bereik komen.
Ook de overheid draagt bij aan het toenemen van de problemen door bijvoorbeeld de btw te verhogen, evenals de energiebelasting, de accijnzen enzovoort. Uitsluitend omdat de overheid het huishoudboekje sluitend moet zien te krijgen en kennelijk niet in staat is om de overheidsuitgaven te verminderen. Ook ondernemers, kleine en grote, dragen bij aan de problemen, als de kapper, de pedicure, de post, de tv provider bijvoorbeeld hun tarief voor de zoveelste achtereenvolgende keer weer met euro’s verhogen, dan leveren ze in de drang om aan de goede kant van de streep te blijven, bij aan de vermindering van koopkracht bij hun klanten. Zo worden stelselmatig de grenzen waartussen mensen zich nog kunnen bewegen versmald. Niet uit slechtheid, vooral uit angst en onzekerheid. De slechtheid zit niet in de gevangenen van dit systeem, maar in degenen die er buiten staan en die het systeem hebben vormgegeven op basis van hebzucht en machtsstreven.
Uiteindelijk keert de wal het schip en komt het punt waarop de zaak ineenstort. Niet omdat mensen geen handel met elkaar willen drijven, niet omdat een aannemer geen huis meer wil bouwen, niet omdat de dienstverlener er geen zin meer in heeft. Het loopt vast omdat er onvoldoende geld is om alle hoge prijzen nog te kunnen betalen.
Zo werkt het systeem. Het is zelfvernietigend. Ergens loopt het vast en dat is mijns inziens ook de bedoeling. Als het is vastgelopen en er ontstaat chaos, dan zijn de door geld machtigen aan zet. Zij kunnen dan onder hun voorwaarden de mensheid laten leven of als ze dat willen, laten sterven. Het klinkt diabolisch en dat is het ook. Het is een monopolyspel dat al vanaf de start werd gestuurd door de speler, die alles in handen heeft en de medespelers de illusie heeft gelaten dat er iets te winnen viel. En wij? Wij zijn de sufferds die het hen hebben toegestaan om ons te regeren door middel van hun geld – uit het niets – Geld, waarvan de hoeveelheid naar willekeur door hen wordt vergroot of verkleind en waarvan zij ons doen geloven dat het economische wetten zijn die dit veroorzaken.
© Ad Broere